De tweede week van November staat in de NaNoWriMo wereld bekend als ‘hell week’. Misschien heb je de term al gehoord, bijvoorbeeld in eerder posts in deze blog.
Maar wat is hell week nou eigenlijk? En waarom bestaat het? en, de belangrijkste vraag: Wat doe ik ertegen?
Wat het is:
Hell week is de week waarin wrimo’s gemiddeld aan zichzelf gaan twijfelen. Je bent een week bezig en je momentum loopt een beetje af. Je hebt opeens de tijd om spreekwoordelijk neer te kijken op je werk. En dan zul je je realiseren dat je bagger hebt getypt.
NB: ik zeg niets over of deze realisatie waar is, het gaat er om hoe het ervaren wordt.
Je komt erachter dat dat wat op (digitaal) papier staat niet is wat je had verwacht, de magie mist. Je plot loopt niet lekker en er zitten zelfs al wat gigantische gaten in. Je hebt jezelf ondertussen ergens tegengesproken en je weet niet hoe je dat moet oplossen.
Waarom zou je nog verder gaan?
Wat je eraan doet:
Weet dat dit normaal is en leg het naast je neer. Je doet het nu niet voor kwaliteit (zie een eerdere post), maar voor je woordjes. Meesterwerken worden niet meteen geschreven en dat hoef je ook niet van jezelf te verwachten. (Mag wel, maar dan maak je het jezelf ook niet makkelijk.)
Die plotgaten? Zet ergens een opmerking en ga door. Ga tegen je vrienden ranten, geloof me, dat werkt. Maar het meest belangrijke: Blijf. Typen!
Als het goed is gaat het volgende week weer over. En dan zou het zonde zijn als je hebt opgegeven.
Je kunt het!